Motiverende gespreksvoering is een op samenwerking gerichte, doelgerichte gespreksstijl met bijzondere aandacht voor verandertaal. De methodiek heeft als doel de persoonlijke motivatie en bereidheid voor een bepaalde verandering te versterken, en wel door het ontlokken en verkennen van iemands eigen redenen om te veranderen, in een sfeer van acceptatie en handelend vanuit het belang van de cliënt.
Het belangrijkste uitgangspunt van motiverende gespreksvoering is dat bereidheid tot verandering niet gezien wordt als een vaststaand kenmerk van een cliënt, maar als een variërend resultaat van interpersoonlijke interactie. Dat wil zeggen dat motivatie om te veranderen wordt beschouwd als iets wat de hulpverlener bij een cliënt uitlokt in plaats van oplegt.
Door zijn reactie op de hulpverlener laat een cliënt zien waarom hij aarzelt in de aanpak van zijn problemen. Van de hulpverlener mag verwacht worden dat hij die aarzelingen herkent en richting geeft aan de cliënt om ze te onderzoeken en op te lossen.
Uitgangspunten:
- Essentieel voor motiverende gespreksvoering is een empathische stijl. De houding van de hulpverlener moet accepterend zijn en hij moet uitgaan van de overtuiging dat ambivalentie (t.o.v. gedragsverandering) normaal is. Vanuit deze accepterende houding helpt hij de cliënt om zijn ambivalentie te overwinnen en te veranderen.
- Voor een verandering in het gedrag van de cliënt is het nodig dat er een discrepantie ontstaat tussen het huidige gedrag van de cliënt en belangrijke doelen of waarden die de cliënt heeft. De cliënt moet ontdekken waarom het belangrijk voor hem is om te veranderen. Daarom is het niet de hulpverlener die argumenten om te veranderen benoemt, maar de cliënt. Het werkt averechts als een hulpverlener in discussie gaat met een cliënt of rechtstreeks probeert hem te overtuigen. Kenmerk van de relatie tussen hulpverlener en cliënt is samenwerking en partnerschap, in plaats van een verhouding tussen expert en ontvanger.
- De hulpverlener moet weerstand van een cliënt zien als signaal om van strategie te veranderen. Wanneer een cliënt weerstand heeft tegen de aanpak van de hulpverlener, betekent dit dat de hulpverlener niet goed afgestemd is op de cliënt. Daarom wordt weerstand niet zozeer bestreden als wel erkend en onderzocht. Doel hiervan is de cliënt te helpen om zijn kijk op het probleem te wijzigen.
- De hulpverlener moet ook in staat zijn om self-efficacy te ondersteunen. Self-efficacy is de overtuiging van een cliënt dat hij beschikt over de capaciteiten die hij nodig heeft voor een gedragsverandering. Als een hulpverlener vertrouwen heeft in de cliënt en zijn capaciteiten en dat duidelijk laat merken, werkt dat als een selffulfilling prophecy: ook de cliënt raakt overtuigd van zijn capaciteiten. Die overtuiging is een belangrijke voorwaarde voor gedragsverandering.
Rollnick en Miller (1995) beschrijven als specifieke, te trainen technieken die kenmerkend zijn voor motiverende gespreksvoering:
- reflectief luisteren: doelen van het reflecteren zijn het tonen van empathie voor de cliënt, het bevestigen van zijn gedachten en gevoelens en hem te helpen door te gaan met het proces van zelfontdekking.
- omgaan met weerstand: motiverende gespreksvoering lijkt meer op een dans, waarin de therapeut meebeweegt met de cliënt, dan op een worstelwedstrijd.
- agenda bepalen en toestemming vragen: door cliënten te vragen wat zij willen bespreken in het gesprek verzekert de hulpverlener zich ervan dat die cliënten actief en bereidwillig deelnemen aan het proces.
- uitlokken van verandertaal: individuen accepteren meer en zullen eerder handelen wanneer zij iets zelf willen. Daarom proberen hulpverleners uitspraken te ontlokken bij cliënten waaruit deze laten merken hoe gemotiveerd ze zijn om te veranderen en of zij menen hiertoe in staat te zijn.
Bron: Wat werkt: Motiverende gespreksvoering? Cora Bartelink, Nederlands JeugdInstituut, februari 2013
Lees ook: Motiverende gespreksvoering. E. Baron, J. De Jonge, G. Schippers, Tijdschrift voor Gedragstherapie en Cognitieve therapie, juni 2015
Meer weten over motiverende gespreksvoering?