Nieuwsbrief infectieziekten: richtlijn kinkhoest en krentenbaard
Beste CLB-directie,
Beste coördinator infectieziekten,
Beste VWVJ-lid,
Beste lezer,
In deze nieuwsbrief wordt een aanpassing aan de richtlijn kinkhoest en krentenbaard besproken. Kinkhoest is voortaan enkel door het CLB te melden bij het team infectieziektebestrijding indien het Draaiboek Infectieziekten beschrijft dat het CLB maatregelen dient te nemen in de schoolcontext. Voor krentenbaard wordt de definitie van een verheffing specifieker geformuleerd.
Kinkhoest
Kinkhoest is een meldingsplichtige ziekte bij het team infectieziektebestrijding van Departement Zorg opdat ze het infectierisico kunnen inschatten van risicopersonen in het gezin en zo bepalen of al dan niet chemoprofylaxe moet toegediend worden.
Gezien de hoge incidentie van kinkhoest is afgesproken met het team infectieziektebestrijding dat het CLB enkel nog kinkhoest door Bordetella pertussis meldt indien er ook maatregelen door het CLB te nemen zijn. Dit gaat om:
Een geval van kinkhoest in de kleuterklas
Een uitbraak, d.w.z, 2 of meer gelinkte gevallen
Een solitair geval van kinkhoest in een lagere of secundaire school moet dus niet langer gemeld worden aan het team infectieziektebestrijding door het CLB.
Behandelende artsen en laboratoria blijven wel álle gevallen melden.
Volgens epidemiologische gegevens circuleert sinds 2018 de European fusidic acid-resistant impetigo clone (EEFIC) van Staphylococcus aureus, met een opvallende seizoenspiek in de late zomer en een aanzienlijke aanwezigheid bij jonge patiënten met impetigo. Fusidinezuur is voor deze stam onvoldoende werkzaam. Een correcte antibiotica behandeling is essentieel voor het kind en om de transmissie tegen te gaan.
Tot nu toe beschreef de richtlijn voor CLB dat bijkomende maatregelen nodig zijn bij een epidemische verheffing van krentenbaard indien er 4 gevallen zijn in 1 maand tijd binnen een klas. Het is echter belangrijk om een klasgroep ruim te definiëren en na te gaan of verschillende gevallen op school epidemiologisch gelinkt zijn aan elkaar. Dit zorg ervoor dat eventueel resistente vormen die niet goed reageren op de klassieke topische behandeling vroegtijdig worden gedetecteerd en behandeld. Ga daarom vanaf 4 gevallen na of ze ook nauw contact met elkaar hadden op school (vb samen zwemmen, turnen, andere activiteiten, …). Vonden de besmettingen vermoedelijk plaats op school of elders? Overleg eventueel met het team infectieziektebestrijding om dit te interpreteren en op die manier beter in kaart te brengen.
✨ Relevante vorming: Intervisie infectieziekten — EXTRA DATUM 22 mei 2025
⚠️ De intervisie infectieziekten op 18 december is volzet. Daarom bieden we graag een extra sessie aan op 22 mei. De details vind je hieronder. Ook voor deze intervisie is het aantal plaatsen beperkt, dus schrijf je snel in en verrijk je praktijkervaring.
Tijdens de intervisie gaan we aan de slag met casussen en vragen uit de praktijk over infectieziekten. Wissel ervaringen en best practices uit met collega’s. Breng eigen vragen en casussen aan. Leer dankzij deze praktische aanpak de theorie toepassen op jouw specifieke werkomgeving en versterk jouw persoonlijke ervaring.